Opgevuld varkenshaasje met veenbessen
Een lekker en makkelijk hoofdgerecht voor de feestdagen. Wie wilt dit nu niet. Met dit gerecht heb je meteen twee vliegen in één klap.
Ik hou van een klassiek feestmenu maar dan wel in een hedendaags jasje. Ik eet graag veenbessen maar dat hoeft zeker niet altijd met een appeltje erbij te zijn. Zo kun je er ook een lekker sausje van maken.
Check this out!
Opgevuld varkenshaasje met veenbessen
Opgevuld varkenshaasje
- 600 g varkenshaasje
- 1 sjalot
- 8 champignons
- scheutje Madeira
- peper
- zout
- klontje boter
Veenbessen
- 500 g verse veenbessen
- 4 eetlepels suiker
- scheutje witte wijn
Wortelpuree
- 10 wortelen
- 1 sjalot
- peper
- zout
- klontje boter
Opgevuld varkenshaasje
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Snij het varkenshaasje overlangs gedeeltelijk open. Niet volledig doorsnijden. Je moet het kunnen dichtdoen met de bovenste flap.
Leg het open en kruid de binnenkant met peper en zout.
Pel de sjalot en snij deze heel fijn.
Snij de champignons in kleine stukjes.
Neem een pan en doe er een klontje boter in. Doe daarin de gesneden sjalot en champignons en kruid met peper en zout. Blus met een scheutje Madeira. Laat het mengsel even garen.
Doe het mengsel op de onderste flap van het varkenshaasje. Verdeel mooi over het ganse stuk vlees. Leg de bovenste flap erop. Zo is het dichtgevouwen.
Neem een lang stuk keukentouw en doe deze rond het vlees. Begin aan het uiteinde van het vlees door er een knoop in te leggen. Vervolgens wind je deze verder tot de andere kant. Zorg dat het mooi aangespannen is, maar niet te strak, zodat de vulling binnenin het vlees blijft. Je eindigt ook met een knoop.
Kruid de buitenkanten met peper en zout.
Zet een pan op het vuur (die ook in de oven mag) en doe er een klontje boter in.
Bak daarin het varkenshaasje even bruin langs de beide kanten. Ongeveer een 3 minuten per kant. Dit kun je perfect op voorhand doen en later die dag verdergaan met de volgende stap.
Leg een paar klontjes boter op het vlees en zet in de oven voor ongeveer 20 minuten. Het vlees is dan mooi roze vanbinnen.
Veenbessen
Doe de veenbessen in een kookpot op een middelhoog vuur. Voeg de suiker toe. Roer goed om.
Blus met een scheutje witte wijn. Laat de veenbessen verder pruttelen op een laag vuur voor ongeveer een half uurtje. Roer af en toe eens in de veenbessen. De laatste 10 minuten zonder deksel.
Als de veenbessen klaar zijn, kun je er eventueel even een staafmixer doorhalen om wat te mixen voor een meer gladde saus maar is zeker geen vereiste.
Wortelpuree
Schil de wortelen en snij in kleine stukken. Pel de sjalot en snij deze in grote stukken.
Doe deze beide in een kookpot en voeg er water aan toe. Zorg dat alles mooi onder staat. Zet op het vuur en breng aan de kook. Kook de wortelen en sjalot gaar en giet nadien het water af.
Doe ze terug in de kookpot en pureer door met een staafmixer glad te mixen. Kruid met peper en zout. Werk af met een klontje boter.
Afwerking
Snij het vlees in schijven.
Leg wat wortelpuree op het bord en leg daarbij wat vlees bij.
Werk af met de veenbessensaus.
Serveer er aardappelkroketjes bij.
Je kan veel op voorhand doen. Zo zorg je dat je bij je gasten kunt zijn zonder uren in de keuken te moeten staan op het moment zelf.
Het vlees kun je een aantal uurtjes op voorhand voorbakken zoals ik eerder al vermeldde in de stappen, zodat je het moment zelf maar een 20-tal minuutjes in de oven dient te steken.
De veenbessen en de wortelpuree kun je ook op voorhand maken en dan het moment zelf verwarmen op een laag vuurtje